Leeuwarden 2018: de schaduwkanten
Culturele hoofdstad, het evenement gaat fan-tás-tisch worden. Maar zonder de Friese schaduwkanten ook nogal oneerlijk.
Door Wiebe PennewaardGrote gebeurtenissen werpen hun schaduw vooruit. Zoals in de Actief, het advertentieblad voor noordoostelijk Friesland. Tussen de 'Perfecte kunstgebitten in Drachten', te bekomen bij Tandprothetische praktijk De Kolken, en de 'Lenteschijven 5 halen 4 betalen' van slagerij Rijpma & Zn te Gytsjerk, roept de gemeente Tytsjerksteradiel haar inwoners op om mee te doen. Aan de Kulturele Haadstêd 2018.
Alle burgers, bedrijven en organisaties zijn welkom op een bijeenkomst in Dokkum. Hier wordt onder meer antwoord gegegeven op de prangende vraag wat zij kunnen bedenken om de buitenlandse gasten te verrassen. ,,Heb je al een goed idee, ook dan ben je welkom.''
Dit is behoorlijk raar. Ik heb al een goed idee. Maar het is kennelijk de bedoeling om alleen 'de buitenlandse gasten' te verrassen. Binnenlandse belangstellenden zoeken het maar lekker zelf uit. Okee, dan zet ik wel uitsluitend buitenlandse teksten op de verklarende bordjes in mijn goede idee. Sneak preview, serious spoiler: het wordt een kraampje in mijn voortuin.
Even voor wie het afgelopen jaar met heel andere zaken bezig was: over drie jaar is Leeuwarden de Culturele Hoofdstad van Europa. Samen met Valetta en Fryslân. Valetta is de hoofdstad van Malta, dus eigenlijk moet de officiële titel luiden 'Leeuwarden Eén Van De Twee Culturele Hoofdsteden Van Europa'. Maar dat kan weer niet want iets heeft maar 1 (schrijve: één) hoofdstad.
En Leeuwarden gaat samen met Fryslân, zoals Friesland officieel heet maar dat weet buiten de provincie echt niemand, hetgeen vals spel is. Want Leeuwarden-Fryslân kan geen hoofdstad zijn. Dan is in het vervolg onze nationale hoofdstad Amsterdam-Noord-Holland.
Enfin en kortom, er zijn wel wat slakjes waarop zout kan worden gelegd. Zo dreigt er een tekort van €11 miljoen op het totale budget van zo'n €56 miljoen. Intentieverklaringen van het bedrijfsleven en al dan niet culturele instellingen blijken iets anders dan harde garanties.
Plus natuurlijk dat rare logo. Ik heb er vanaf het begin tot vandaag niks anders in kunnen zien dan een lachend aapje. Ook na heel lang piekeren blijft me de link ontgaan tussen deze prachtprovincie en een vrolijke chimpansee. Jan Jaap van der Wal, de in Leeuwarden geboren cabaretier, zag er weer wat anders in: ,,Dit is wat je krijgt als je een gedrogeerde kleuter met een bipolaire stoornis vraagt om Nijntje te tekenen.''
We gaan Friesland op de kaart zetten
Maar verder wordt het fan-tás-tisch, als we de organisatie mogen geloven. In de hele provincie worden aardige, maar ook wel veel culturele dingen bedacht waarmee we Friesland, hou je vast, daar komt-ie, ik ben in dit verband die platgeslagen supersuffe term al driehonderd keer tegengekomen, waarmee we dus dit gewest Op De Kaart Gaan Zetten. Sukkels! Kijk even op Google Maps, sla eens een atlas open. Het op de kaart zetten is al eeuwen geleden volbracht. Zeg toch gewoon: in het buitenland een beetje bekend maken. In de hoop op meer toeristen, want moeizame economie. Als opdekaartzetters het niveau bepalen wordt Leeuwarden Eén Van De Twee Culturele Hoofdsteden Van Europa een drama. Al is drama gelukkig ook erg cultuur, dus per saldo wordt de missie altijd volbracht.
Mijn bezwaar tegen de opzet tot nu toe. Het feestje doet denken aan een uitbundige verjaarspartij. Het huis wordt netjes opgeruimd, er hangen in alle vertrekken slingers, op tafel staan happen en dranken, de jarige regelde gezellige muziek en originele verrassingen ('We gaan nu allemaal buiten kijken hoe de grutto van noord naar zuid over de tuin vliegt'), en de gasten blijven maar binnenstromen. Wat een prachtig pand, en wat ruikt het hier lekker, en wat een enig volkje huist hier. Vriendelijk, behulpzaam, en ze zijn ook dol op gemeenschap, en het is ook allemaal reuze cultureel, hè. Nou, maar nee hoor, wij gaan terugkomen, echt wel, volgend jaar. Hier in Valetta. Oh sorry, dit is Leeuwarden, zegt u. Bedoelde ik ook, haha, stom, met excuus en dank voor de gastvrijheid.
Dit is, zoals wij in deze contreien allen weten, natuurlijk maar de helft van het verhaal. De jarige die op zijn feestje roept dat het in zijn huis alleen maar rozegeur en maneschijn is, met zulke enige kinderen en een fijne relatie en heel weinig onroerend-zaakbelasting, die liegt. Zodra de gasten vertrokken zijn en de feestverlichting is gedoofd, slaan ze elkaar op de overloop weer ouderwets de hersens in. Alleen weten de gasten dit niet. Die zijn met een roze en dus volkomen vertekend beeld aan de terugreis begonnen. Waar valt dit, strafrechtelijk gesproken, onder als je de gasten inmiddels de nodige eurootjes hebt afgetroggeld? Oplichting? Fraude? Flessentrekkerij? Achttien jaar cel in een streng beveiligde penitentiaire inrichting lijkt me dan passend voor alle organisatoren en betrokken politici. Zonder aftrek van voorarrest en niks geen voorwaardelijk gedoe.
Om dit alles te voorkomen omvat mijn goede idee een kraampje in de voortuin, met hierin uitgestald en toegelicht alle merkwaardige eigenschappen van de Fries. Voor een eerlijk, evenwichtig beeld. De toerist die een jaartje later ongenood en onaangekondigd een hernieuwd bezoek overweegt, weet dan tenminste waar hij aan begint. Ik som op.
Een leven lang tegen de wind in fietsen
De Fries spreekt onverstaanbaar, in welke rijkstaal hij zich ook uitdrukt. Dit komt omdat hij sowieso door zijn neus spreekt, terwijl hij voortdurend verkouden is. Wat weer het gevolg is van een leven lang tegen de harde wind in fietsen, eerst uit gewoonte en zuinigheid en later wegens de opheffing van alle logischerwijs lege streekbussen.
De Fries heeft een hekel aan direct en helder taalgebruik. Voor zo ver zijn neusklanken kunnen worden ontcijferd, klinken er voornamelijk eufemismen die duiden op ongeloof en wantrouwigheid. ,,It hat wolris minder west.'' (Ik vind dit fan-tás-tisch.) ,,Dit falt wol binnen te hâlden.'' (Ik heb nog nooit zo lekker gegeten.) ,,Faaks kinne wy inoar nochris sjen.'' (Wil je met me trouwen?) Gesprekken met niet-Friezen lopen hierdoor makkelijk in de soep.
De Fries is, veelal ten onrechte, overtuigd van zijn eigen voortreffelijkheid. De bewoner van wat hij ziet als het beste land op aarde koestert ernstige bedenken tegen buurvolkeren als Groningers, Drenten en Noord-Hollanders, tegen randstedelingen in het algemeen en snelpraters als Amsterdammers in het bijzonder, en tegen elk buitenland waar op terrassen niet onmiddellijk wordt gereageerd als op luide toon wordt geroepen: ,,Roundrager, noch fjouwer pilskes foar dizze tafel!''
De Fries heeft enige tijd nodig om buitenstaanders in zijn biotoop te accepteren. Nieuwe inwoners van buiten de provincie, doorgaans met lichte walging omschreven als 'logysk, it is import, no?', moeten rekenen op een acclimatisatieperiode van tussen de twintig en dertig jaar, voor er aarzelend spontaan een hand wordt opgestoken in het voorbijgaan. Voor vrouwelijke nieuwkomers geldt een langere tijdspanne: ook na dertig jaar zal de Fries, als zij na het aanbellen de voordeur opent, hoe dan ook vragen of 'de baas ek thús is.'
De Fries koestert eigen opvattingen over uitbundigheid. Carnaval wordt gevierd zoals in Brabant een doorsnee verjaardag, een doorsnee verjaardag wordt gevierd zoals in Brabant een ziekenbezoek, een doorsnee ziekenbezoek wordt volbracht zoals in Brabant een crematie, en tijdens crematies wordt uitsluitend naar het systeemplafond gekeken.
De Fries volhardt in eenmaal gekozen standpunten, ongeacht zinnige tegenargumenten. Hij brengt zijn standpunten, zonodig jarenlang, ter kennis door ingezonden brieven in dagbladen en met smalende interrupties tijdens inspreekavonden. Omdat niemand een eventueel ongelijk wil erkennen, is het een rommeltje met windmolens, het gebruik van de Friese taal en gemeentelijke herindelingen. Hij beschouwt dit als een normale en blijvende situatie.
Het zijn slechts zes van de tweehonderd typische eigenschappen, die in mijn kraampje in de voortuin zullen worden toegelicht. Met kleine voorwerpjes, foto's, tekstbordjes in buitenlandse talen en een belevings-experience (,,Proeft u dit keiharde gebak met nep-crème, het heet oranjekoek, als u uw tanden al niet heeft gebroken op deze versnaperingen van gewapend beton, die we dúmkes noemen'').
De bezoeker van Eén Van De Twee Culturele Hoofdsteden Van Europa die, op de hoogte van deze schaduwkanten, daarna terugkomt, zullen we schreiend van ontroering in de armen sluiten. Nou ja, in elk geval niet zwijgend de rug toe keren.
Laatst gewijzigd op 22-05-2015 om 12:00 uur