Wie nu trouwt krijgt een ruzievrouw
Trouw nooit na 20 juli! Wie dat doet krijgt een luie en twistzieke vrouw. En vrouwen een dronkaard, als man.
Door De RedactieDe hondsdagen zijn er. Na 20 juli is het uitkijken geblazen. Voor boeren, voor huisvrouwen, voor iedereen. De oogst verknalt, de melk verzuurt en huwelijken gaan kapot.
Het zijn hardnekkige fabeltjes. Al eeuwenlang waarschuwen geleerden dat de hondsdagen niet de gelukkigste van het jaar zijn.
‘In de hondsdagen getrouwd,
heeft menigeen berouwd’
De ernst verschilt per streek. In de ene worden mannen gewaarschuwd die in het huwelijksbootje stappen – zij krijgen een luie en twistzieke vrouw – in de andere wordt juist de vrouw gewaarschuwd. Zij krijgt een dronkaard als man.
Niet dat Nederlanders zich er iets van aantrekken. Van alle 75.634 gesloten huwelijken in 2014 waren juli en augustus in populariteit de vijfde en vierde maand.
Maar toch! Bij het tal echtscheidingen was juli 2014 een duidelijke piek. Met 3326 ontbonden huwelijken stond de maand met stip op 1. Pas daarna volgen de sombere maanden januari en oktober.
Er is iets geks, met die hondsdagen. In het oude Egypte wisten ze dat al.
Ze beginnen op 20 juli, op de dag van Sint Margriet, ook wel Pismargriet, de naamdag van Margaretha van Antiochië. Margriet wilde spinnen maar deed eerst een plas. En die hield nooit weer op. Sindsdien weet iedereen: als het regent op Pismargriet, regent het weken achtereen.
‘Als Margriet pist in het riet
Zes weken boerenverdriet’
Andersom geldt het ook.
‘Als het niet regent op Sint Margriet
Regent het in zes weken niet’
20 juli is de dag waarop de zon gelijk staat aan met Sirius, de hondster – vandaar de naam. De oude Plinius dacht dat de hondster de zon warmer maakte. Daarom braken er weken van verzengende hitte aan.
Ook de Grieken wisten dat het warm werd, na Pismargriet. Mensen moesten voorzichtig doen, zei Hippocrates, de geneesheer van voor de jaartelling.
Op de dag dat Sirius zich vertoont ,,begint de zee te koken, de wijn bederft, de honden worden dol, de gal wordt grooter en geprikkeld, alle dieren suf en droefgeestig, en de mensen krijgen langdurige en heete koortsen, darmeatarrh en aanvallen van razernij’’.
Een oplossing was er ook; een flinke aderlating, niet baden, weinig eten en kort slapen.
Honden werden hondsdol. Daarom werden er in de hondsdagen hondenoffers gebracht, zelfs tot in Engeland toe in de late middeleeuwen. En ja, een zonnesteek kwam ook vaak voor. De Romeinen noemden dat sirialis, naar Sirius.
Het bracht allemaal bijgeloof naar het huidige Europa. En de wereld aan weerspreuken. Ook in het Fries.
‘De Hûnsdagen kinne folle dwaan
Rein en sinneskyn kinn’ it ien en oare jaan’
Of andersom:
‘Binne de Hûnsdagen droech en klear
Dat betsjut in foardelich jier’.
Eén troost. Hoe ellendig de hondsdagen ook uitpakken, thuis of op het boerenland - op 20 augustus zijn ze weer voorbij.
Laatst gewijzigd op 19-07-2015 om 17:21 uur