Help die donkere jongen met jaartje dienstplicht
Ook vrouwen moeten deelnemen aan de dienstplicht voor het leger. Het plan van minister van defensie Jeanine Hennis-Plasschaert is prima. Nu nog de volgende stap: ook daadwerkelijk opkomen, een jaar lang, per 2017. Ze zou veel jongeren een enorme dienst bewijzen.
Door Wiebe PennewaardNee. Dit wordt geen gezeur van een oude man die nog in dienst is geweest, en daar zo'n geweldige tijd heeft gehad. Het was zonde van de veertien maanden. We leerden vrachtautootje besturen, tafeltennissen op topniveau, machinepistool uitelkaar halen en weer zo'n beetje inelkaar zetten, parkeerterrein aanvegen, eerst pin uit handgranaat halen en daarna werpen en niet andersom, en formidabel flipperen. Dit had ook heel goed in vier weken gekund. Mooi dus dat het gedoe in 1996 werd stilgelegd, ten faveure van uitsluitend beroepsmilitairen.
En ja. Dit wordt wel een pleidooi voor een einde aan de opschorting van de opkomstplicht, zoals het heet. Want de dienstplicht is niet afgeschaft, alleen maar in de koelkast gezet. Volgens de wet mag de staat nog steeds mannen tussen de 17 en 45 jaar verplichten om een uniform aan te trekken, als de situatie dit nodig lijkt te maken. De staat moet dit wel een beetje op tijd doen, quainternationale spanningen. De club moet immers nog worden opgeleid. Maar zoals hierboven aangetoond: de kerntaken vergen vier weken. Max.
En nee. De aanleiding is niet het voornemen van de minister om meiden naast gelijke rechten ook gelijke plichten te geven. De aanleiding is een ingezonden stuk in de Volkskrant (4-2-2016) van Antoinette van der Maas. Het is een onthutsend relaas van de lezeres uit Den Haag, die de afgelopen tien jaar les gaf aan nieuwe Nederlanders, in haar geval aan vrouwen. Taalles, fietsles, gezinsondersteuning. En nu is ze moedeloos, want ze ziet geen enkele vooruitgang.
Tot een goede vriendin van haar handtas werd beroofd
Eerst een disclaimer. Aan Oma Rotterdam, zoals wij haar gemakshalve noemden ter onderscheiding van Oma Groningen, heb ik altijd braaf uitgelegd dat niet alle nieuwe donkere mensen in haar stad uitkeringsfrauderende halve en hele criminelen waren. Het was 1976, en haar wijk nabij het centrum veranderde van kleur. De onafhankelijkheid dreef veel jonge Surinamers naar de Nederlandse havenstad. Oma, in de zeventig, mopperde er niet over. Tot in de Aleidisstraat, om de hoek van haar chique Graaf Florisstraat, een goede vriendin van haar handtas werd beroofd.
Midden overdag, midden op straat. Door een Surinamer. Beide dames waren hevig ontdaan. Oma, ook echte Rotterdammers beroven oude vrouwtjes, al eeuwen lang, hield ik haar voor. Nou nee, dat zou een gewone boef in Rotjeknor nooit doen. Die stal van de rijken, of beroofde een bank of juwelier. Tuurlijk, oma. Toen twee maanden later opnieuw vlakbij een donkere man een blanke vrouw van haar fiets trok, werd mijn tegengas al een stuk lastiger. De stad ging, wist zij zeker, voorgoed veranderen. Had Fortuyn al meegedaan, dan had ze hem gesteund. Ik begreep haar wel.
Daarom begrijp ik ook goed wat de Volkskrant-lezeres schrijft. Sinds haar geboorte, in 1944 in Rotterdam, heeft zij ons land onherkenbaar zien veranderen, ,,en de laatste tijd gaat het een beetje snel.'' Sommige van haar kennissen zeggen dat ze zich in hun eigen stad niet meer thuis voelen. Dit is exact de uitdrukking die Oma Rotterdam tot haar dood gebruikte. Van verhuizen naar een andere stad zou nooit sprake zijn. Maar ze voelde zich ontheemd. Steeds sterker.
Van der Maas zag ze komen. De eerste Italianen. Toen de Surinaamse Nederlanders, de Turken en Marokkanen, en daarna al die anderen. De afgelopen tien jaar ging ze als vrijwilligster met hen aan de slag. Taalles, fietsles, met hen naar de gemeente, het ziekenhuis, de woningbouwvereniging. Ze schreef brieven voor hen aan allerlei instanties, sleepte ze mee naar de scholen, in het belang van de kinderen. Ze hielp vrouwen die soms al dertig jaar in ons land woonden, maar binnen bleven. Geen Nederlands spraken, niks aan lichaamsbeweging deden, flink overgewicht hadden en vaak ziek waren.
De jongens zeurden om snoep en dure spullen
Van der Maas werd vriendin, steun en toeverlaat. En zag dat de kinderen, vooral de jongetjes, nooit gecorrigeerd leken te worden. Ze nam de knaapjes in vakanties mee om iets leuks te doen, en bijna net zo vaak moest dit worden afgebroken. Omdat de jongens zich in de openbare ruimte zo misdroegen. Ze gooiden hout en stenen naar de eendjes in het park, zeurden om snoep en dure spullen, stalen geld uit haar portemonnee. Ooit boog een kleuter van vier keihard en pijnlijk haar pink naar achteren, omdat ze hem had verboden haar bril te verbuigen.
En nu fietst ze door haar stad, wordt links en rechts ingehaald door agressieve donkere jongens op scooters. Zij gooien hun afval, verpakkingen van junkfood, gedachteloos op straat. Niemand kijkt me in de ogen of glimlacht naar me, niemand zegt sorry als hij in de weg loopt, schrijft ze. Hoe kan dat, na zo veel jaar, na al die subsidies, al die vrijwilligers, al die haast gratis taallessen, opvang, buurthuizen, uitkeringen en toeslagen? ,,Ik geef ze al tien jaar les, maar ik ben lucht voor ze.'' Ze staat bol van begrip, maar heeft geen verklaring voor de stilstand.
Die heb ik ook niet, anders dan diep ingesleten culturele verschillen. Hoewel: een begin van een oplossing zou herinvoering van de actieve dienstplicht zijn. Een jaar lang vroeg uit je bed om na gezamenlijk ontbijt tegen acht uur spik en span op appèl te staan. Daarna geen mobieltje tot vier uur 's middags. Twee uur Nederlandse taal per dag. Doen wat je wordt opgedragen. Beleefd de medemens groeten. Je rommel oprapen en gewoon dumpen in de dichtstbijzijnde prullenbak. Onmiddellijke correctie voor wie er lak aan heeft. Samengevat: de hiaten in de opvoeding vullen.
Het is een paardenmiddel, en toch geen zonde van de tijd. Waar ook verwende blanke jongens en meisjes, in plaats van hun jaartje freewheelend backpacken, niet veel slechter van zouden worden. Kom op, Hennis-Plasschaert. Nog even uitbreiden en dan doorzetten, dat prima plan.
Laatst gewijzigd op 05-02-2016 om 12:36 uur