Bouwvak: festival van de automutilanten
Ze droeg een klein kettinkje om haar linkerbeen, vlak boven de enkel. Grappig. Maar het kettinkje slingerde niet lichtjes, als ze op de terrasstoel haar been bewoog. Het sieraad was in haar huid gegraveerd. Allemachtig.
Door Wiebe PennewaardHet is zomer. Dus ligt de temperatuur gemiddeld wat hoger. Dus kleedt de mens zich gemiddeld wat luchtiger. En dus zien de passant gemiddeld wat meer blote vellen in het publieke domein. Is dit erg? Nou en of. De passant wordt nu bovengemiddeld geconfronteerd met de teksten en tekeningen die een groeiend deel van de mensheid laat aanbrengen in de tattooshop.
Vooropgesteld: vaak zijn de tekeningen kunstig. En soms zijn de teksten begrijpelijk. De Nederlandse meneer die in steeds weer een ander spectaculair zwembroekje flaneerde op de Franse camping droeg op zijn gespierde rechterbovenarm in zwierige blauwe letters het woord 'Mama'. De mama zal geroerd zijn geweest toen hij haar voor het eerst de tatoeage liet zien. Of ze heeft gedacht: sukkel. Je kunt ook gewoon eens wat vaker bij me langs komen.
Hij is een liggend tijdschrift
Een boven de enkel gebrand kettinkje, de demonstratie dat je om je al dan niet dode moeder geeft – de mens moet lekker doen wat zij of hij lollig vindt. Het onbegrip, gevolgd door afschuw, plopt pas op bij dichtbeschreven armen, volgekalkte nekken en rijk geïllustreerde ruggen. De drager weet waarom hij de inktpen zo vaak op zijn huid heeft laten zetten. Maar op de zonneweide naast het zwembad is hij een liggend tijdschrift, al op geringe afstand onleesbaar.
Zou de tattoofreak hopen of zelfs verwachten dat voorbijgangers verrast de pas inhouden? Om schuchter te vragen of ze hem eens van heel dichtbij mogen bekijken, met uitleg over alle graffiti, opschriften, symbolen, motto's en andere uitingen die in hem zijn geëtst? Jazekers wel – deze draak in rood, blauw en groen vond ik gewoon te gek, en 'Fok Joe All' staat zeg maar voor mijn ongebonden instelling. Oh, en 'Ineke Forever'? Nee, die verkering is al weer een jaartje uit. Sjonge. Nou. Poeh, zeg.
Zlatan Ibrahimovic als rolmodel
Beroepsvoetballers nemen we allang niet meer serieus als normale medemens. Dat zij zich van boven tot onder laten beschrijven en betekenen past naadloos bij de gekte die toeslaat als duizenden je toejuichen en de miljoenen binnenstromen omdat je niet onverdienstelijk tegen een bal kunt schoppen. Een Zlatan Ibrahimovic is voor talloze jongetjes een rolmodel. En nadat zij al bij de F'jes zijn gestruikeld wegens gebrek aan talent lijken ze, eenmaal volwassen, in een mal zwembroekje volgetatoeëerd op de Franse camping tenminste nog een beetje op hun vroegere held. Ach gossie.
Het fijne van de zomer is dat er drie seizoenen volgen waarin regen, vorst en andermaal regen weer nopen tot decente bedekking. Zodat tijdelijk alleen de partner, de huisarts, de andere saunagast en de uitbater van de tattooshop nog breeduit zicht krijgen op de
wandelende schutting. Waarbij de laatstgenoemde gelukkig altijd nog wel een leeg plekje kan aanwijzen waar dat beeldige engeltje, het logo van de motorclub of nu 'Anneke Forever' kunnen worden geïnkt. Doe mij, op een terras, maar een mevrouw met een echt kettinkje.
Laatst gewijzigd op 30-07-2017 om 11:01 uur