Waarom praten nu eindelijk toch de Indië-gangers?
Zo'n 65 jaar lang zwegen de meeste militairen, die eind jaren veertig vochten in Nederlands Indië. Een groep van hen, nu hoogbejaard, besloot om het verhaal alsnog te vertellen. Een speurtocht naar de beweegredenen.
Door Wiebe Pennewaard
Vijftien dienstplichtigen van tussen de tachtig en honderd jaar oud spraken in de afgelopen anderhalf jaar uitgebreid met Hylke Speerstra. De schrijver en oud-journalist bundelde hun herinneringen, met die van een deserteur, een principiële dienstweigeraar en een dienstplichtige die in Nederland jacht moest maken op weigeraars, in het eind vorig jaar verschenen Friestalige 'Op klompen troch de dessa'. Onlangs verscheen de Nederlandse vertaling, en het succes in twee talen is onverwacht groot. Beide bundels beleefden al diverse herdrukken.
Dit laatste lijkt opmerkelijk, want sinds begin jaren vijftig verscheen er een constante stroom aan boeken en artikelen over wat officieel de politionele acties in Nederlands Oost-Indië heetten. Alleen al in Speerstra's boek omvat de lijst van geraadpleegde en aanbevolen literatuur 278 titels. Van persoonlijke herinneringen tot wetenschappelijke beschouwingen, verschenen van direct na de soevereiniteitsoverdracht aan het nieuwe Indonesië in 1949 tot verse publicaties uit de huidige eeuw.
Wat het minstens 279ste boek hier aan toevoegt is de openheid van direct betrokkenen, die een leven lang niet over hun Indische ervaringen spraken. Uit de vele reacties op 'Op klompen...' blijkt dat de geportretteerde mannen model staan voor een groot deel van de Nederlandse jongens, die werden verscheept naar wat een niet te winnen guerrilla-oorlog zou blijken. Dit deel, waarschijnlijk het merendeel van de ruim honderdduizend betrokken dienstplichtigen, sprak na thuiskomst niet over de gevechten, straf-expedities, martelingen, executies en andere gruwelen.
Voor hun zwijgzaamheid bestaan begrijpelijke redenen. Speerstra schetst per gesprekspartner niet alleen diens achtergrond en belevenissen tot zij naar Indië werden verscheept. Hij schildert ook de vaak onthutsende situaties na hun terugkeer, jaren later. Nederland werkte, bekomen van de korte euforie na de bevrijding in 1945, druk aan de wederopbouw van de natie. De gerepatrieerde Indiëgangers kwamen thuis in een wereld die was veranderd, met familieleden en vrienden die waren veranderd. 'Ik vertelde uit mezelf maar niks. Maar er werd ook niet naar gevraagd', luidt een verklaring in meerdere verhalen.
Na enkele jaren definitief taboe
Waar er wel belangstelling was, wilden of konden veel ex-militairen niet over hun ingrijpende Indische belevenissen vertellen. De posttraumatische stressstoornis (PTSS) was nog niet uitgevonden, nazorg door de overheid of vanuit de gezondheidszorg bestond niet. Daarbij maakte het tijdsgewricht dat, als vader eenmaal had gezegd er niet over te willen praten, moeder en de kinderen dit zonder discussie respecteerden. En na een paar jaar zwijgen was het onderwerp definitief taboe, zoals ook de ervaringen uit de Tweede Wereldoorlog in tal van Nederlandse gezinnen nooit ter sprake kwamen.
Op de valreep, naar leeftijd gemeten, hebben de gesprekspartners van Speerstra toch hun hart uitgestort. Vaak in meerdere en lange sessies, met ontboezemingen, bijzonderheden en gevoelens die zij voor hun partner en kinderen stil hebben gehouden. Wat dreef hen, nadat ze voor de eerste keer door de auteur waren gevraagd het verhaal te vertellen?
Douwe Draaisma, hoogleraar geschiedenis van de psychologie aan de Rijksuniversiteit Groningen, is specialist op het terrein van het geheugen. Hij schreef onder meer 'Vergeetboek' en 'De heimweefabriek', over trauma en verdringing, over herinneringen vanaf de jongste jeugd en de rol van herinneringen bij het ouder worden. Draaisma was als adviseur betrokken bij het ontstaan van ''Op klompen...', en spreekt als geheugendeskundige soms ook bij lezingen en andere evenementen rond het boek.
Geregeld valt dan de term reminiscentie. Dit fenomeen valt te verklaren als het bovendrijven van soms erg oude herinneringen door een onverwachte gebeurtenis in het heden. Simpel gezegd: door het horen van een bepaald liedje op de radio drijft plotseling de hele verliefdheid op die ene jongen, dertig jaar geleden maar in volle omvang, boven. Ook geuren en smaken staan bekend als 'triggers'. In de geestelijke gezondheidszorg wordt reminiscentie bij bepaalde therapieën bewust toegepast om herinneringen op te roepen, waarmee de oorzaak van een mogelijk trauma kan worden achterhaald, en de kwaal behandeld. Ook in de gerontologie, die zich onder meer richt op dementerende ouderen, is reminiscentie een hulpmiddel.
Vertaald naar de late maar gedetailleerde openheid van Speerstra's gesprekspartners kan er worden gezocht naar wat bij hen plotseling de knop omzette, in termen van reminiscentie. Van andere veteranen is bekend dat het onvoorbereid op televisie zien van nieuwe gevechtssituaties, zoals bijvoorbeeld in het Midden-Oosten door de opkomst van Islamitische Staat, heftige herinneringen kunnen wakker maken, met paniekaanvallen en nachtmerries. De gevolgen van wat nu wel wordt herkend als PTSS kunnen dramatisch zijn.
Voor de zwijgende oud-Indiëgangers lijkt een dergelijke eenvoudige vorm van reminiscentie minder voor de hand te liggen. Zij zagen sinds 1950 zo veel oorlogen en guerrilla's in krant en op tv voorbijkomen, met steeds indringender verslagen en beelden, dat zij niet met z'n allen in 2013 en '14 plotseling klaar waren voor 'eindelijk openheid', na 65 jaar zwijgen. Ook zal de prototypische Friese Speerstra, na het eerste aanbellen bij de voordeur, weinig onverhoedse herinneringen hebben opgeroepen aan tropische dessa's onder een brandende zon.
Er werd niet naar gevraagd
Een deel van het antwoord ligt waarschijnlijk in het hiervoor vermelde citaat 'Ik vertelde uit mezelf maar niks. Maar er werd ook niet naar gevraagd.' Eindelijk zat er iemand bij het kopje thee, die er nadrukkelijk wel naar vroeg. En ook nog iemand die niet tot de directe kring van verwanten, vrienden en kennissen behoorde. Het praat ook gemakkelijker op de sofa bij de geduldig luisterende psycholoog of psychiater die je na de therapie nooit meer ziet, dan aan de keukentafel tegen eigen partner of kind.
Hierbij probeerde Speerstra, met succes, de verhalen in een breder kader te plaatsen. Niet in brede maatschappelijke of politiek-historische zin, maar in een klein, haast antropologisch kader. De bezoeker wilde eerst en vooral weten hoe de levens eruit zagen voor de gang naar Indië. En na het relaas over de Oost wilde hij zeker ook nog horen hoe het leven na die tijd was verlopen. De verteller mag alles in perspectief plaatsen. Dit schenkt vertrouwen, maakt het eenvoudiger om ook gewag te maken van pijnlijke situaties, meer dan dat uitsluitend naar die situaties wordt gevraagd, en levert uiteindelijk het echte verhaal.
Het complete antwoord moet dus luiden dat de auteur op het goede moment – Magere Hein staat immers steeds ongeduldiger om de hoek te wachten – op de enige goede wijze de mannen aan de praat heeft gekregen en gehouden. Een soort reminiscentie langs een omweg, alzo. De reacties op het boek, zowel de Fries- als Nederlandstalige editie, uit de hoek van andere oud-Indiëgangers doen vermoeden dat zij langs deze weg hun verhaal ook hadden willen vertellen, na decennia zwijgen. En met grote zekerheid kan worden aangenomen dat naar aanleiding van 'Op klompen...' een behoorlijk tal inmiddels in eigen kring alsnog is gaan praten over die zwarte periode in de vaderlandse geschiedenis.