Actuele thema’s in werk Käthe Kollwitz
Een terugkerend thema in het werk van kunstenares Käthe Kollwitz (1867-1945) is de moeder die haar kinderen probeert te beschermen tegen naderend onheil. Persoonlijke tragedies hebben een grote rol gespeeld. Hoe actueel haar werk nog steeds is, was te zien in Museum Belvédère tijdens een expositie.
Door Marita de JongKäthe Kollwitz, één van de belangrijkste Duitse kunstenaars van de twintigste eeuw, was een sociaal bewogen mens. Menselijk leed en verdriet staan in haar werk centraal. Al voor de Eerste Wereldoorlog tekende ze over sociaal leed. Haar man was arts in Berlijn en had veel arme mensen als patiënt. Op die manier zag ze de ellende van heel dichtbij en die legde ze vast in haar tekeningen.
Haar negentienjarige zoon Peter sneuvelde in het begin van de Eerste Wereldoorlog bij gevechtshandelingen in België. In 1933 werd ze door de Nazi’s verdreven van de Berlijnse academie, waar ze sinds 1928 hoogleraar van de grafische afdeling was. In 1919 was ze als eerste vrouw benoemd aan de Preussische Akademie der Kunste. Haar werk paste niet in de nationaalsocialistische ideologie en werd 'entartet' verklaard. In 1942 kwam ook nog haar kleinzoon om in Rusland aan het Oostfront. Ze heeft dus als geen ander aan den lijve ondervonden wat verdriet en pijn is. De expositie ‘Getekend leven’ geeft een representatief beeld haar werk. De belangstelling is groot. Begin augustus zijn er al meer dan tienduizend bezoekers geteld. Voor het museum reden voor een besluit tot verlenging met twee weken.
Opvolger
In eerste instantie lijkt de keuze voor Kollwitz niet zo voor de hand te liggen. Directeur Han Steenbruggen beaamt dat. ,,Ze kwam op mijn pad. Ik heb ooit twee boekjes over haar gekregen, jaren geleden al. Het ene is geschreven door kunstcriticus en museumdirecteur Jos de Gruyter, van wie ik alles spaar, het andere door een Duitse kunsthistoricus, die daarbij aantekeningen van de Gruyter heeft gebruikt. Zo nu en dan bladerde ik ze wel eens door, maar een poosje geleden besloot ik ze te gaan te lezen.’’
Twee weken later had Steenbruggen een afspraak met zijn leermeester Henk van Os. Die vroeg naar een opvolger voor Paula Modersohn Becker (1876-1907), van wie in 2013 een succesvolle tentoonstelling te zien was in Museum Belvédère. Steenbruggen verwees naar een expositie met werk van Morandi in 2018, maar dat duurde volgens Van Os te lang. Misschien is Käthe Kollwitz een idee, opperde hij. ,,Toen viel alles op zijn plek. Ik heb meteen gebeld met het Käthe Kollwitz museum in Keulen en een afspraak gemaakt.’’
Zuidoost Friesland
Het werk van Kollwitz sluit volgens gedeputeerde Sietske Poepjes, die de tentoonstelling in Museum Belvedère opende, naadloos aan bij de geschiedenis van Zuidoost Friesland. Ze kwam al op haar vijftiende jaar met de kunstenares in aanraking tijdens de Duitse les en zag meteen dat het bijzonder werk was, al wist ze toen nog niet precies waarom het haar raakte.
,,Der wie ek yn Fryslân bittere earmoede. De minsken libben ûnder erbarmlike ûmstannichheden. Kollwitz hie dêr each foar en dat komt ta útering yn har wurk. As CDA politika, en dit sis ik op persoanlike titel, fyn ik dat de kristlike polityk it hjir doe sitte litten hat. Domela Nieuwenhuis en Pieter Jelles hienen net nedich west, as de kristlike en liberale tinkers út harren ivoaren toer kommen wiene. Mar se ha it gewurre litten. We binne tekoart sjitten. Ik sjoch dat as it falen fan it kristlike tinken. Fan dy fouten moatte we leare en dat dogge we ek.’’
Moeder en kind
De misstanden die de socialistische voormannen aan de kaak stelden, kwamen overeen met misstanden die Kollwitz tegenkwam in het Duitsland. Het land bevond zich in crisis, de werkeloosheid was hoog en de armoede was schrijnend. Ze kon als geëngageerde kunstenares niet wegkijken en nam het op voor de verdrukten in de maatschappij. De verbinding met de hedendaagse problematiek hoeft daarom eigenlijk geen betoog. Armoede, oorlog en vluchtelingenstromen beheersen opnieuw de actualiteit.
Kollwitz is, volgens Steenbruggen, een goede internationale opvolger Modersohn Becker. ,,Het zijn allebei vrouwen die zich staande hebben weten te houden in een voornamelijk door mannen gedomineerde kunstwereld. Binnen hun eigen gebiedje hebben ze het allebei weten te rooien en zijn ze belangrijke representanten van hun generatie geworden. Een ander raakvlak is, dat ze zich hebben bezig gehouden met het thema moeder en kind. Voor allebei is dat een preoccupatie geweest. Bij Kollwitz uitte zich dat in dramatiek, verlies en leed, ook omdat de oorlog er overheen kwam. Daardoor kreeg haar werk een heel andere lading.’’
Piëta’s
Een ander aspect wat Steenbruggen aanspreekt is dat de beide vrouwen heel dicht bij hun persoonlijke emotie zijn gebleven. Reflecteren op het zelf, noemt hij het. Beide maakten ze zelfportretten. Tijdens zijn laatste bezoek aan het museum in Keulen, kreeg hij gelegenheid om in het depot te kijken. ,,Je hebt de bladen in je handen, ziet de diverse stadia van een ets. Blad voor blad bekeek ik, tot ik ineens werd geconfronteerd met het fantastische zelfportret van Kollwitz. Die kop kwam tot leven, ik had het gevoel dat ik recht in haar ziel keek. Die ervaring heb ik ook een paar keer tijdens het inrichten van de tentoonstelling gehad. Dat moet met enige afstand gebeuren, maar soms was die afstand even weg, doordat een werk me heel erg raakte. Dat waren heel intense ogenblikken.’’
Het ultieme wandje, is volgens Steenbruggen die met de serie piëta’s, de moeder en kind grafieken. ,,Daar heb ik echt voor moeten onderhandelen. Ze zijn nog niet veel in het buitenland te zien geweest. Het is me gelukt de werken naar Heerenveen te halen. Daar ben ik blij om. Je wilt recht doen aan de kunstenaar en naar eer en geweten een interessante tentoonstelling samenstellen. Het is een mooie eenheid geworden en dat geeft me een goed gevoel.’’
Laatst gewijzigd op 27-06-2016 om 15:02 uur