Meer soorten vis in Friese wateren
Vissen houden van planten. Waar het riet mag ruisen en de waterlelies mogen bloeien, daar zijn de vissen in de Friese wateren. Er is daar duidelijk herstel van de visstand.
Door De RedactieHet herstel van de visstand in Fryslân gaat langzaam. Maar het kan wel, bewijzen onder andere het meertje Nannewiid bij Oudehaske en natuurgebied De Deelen bij Gersloot. Daar worden meer vissen geteld, maar vooral ook meer soorten. Het is een gevolg van een natuurvriendelijke aanpak, concludeert Wetterskip Fryslân. Het waterschap gedoogt meer oeverplanten in het water.
En ziedaar, de ruisvoorn gedijt volop in het Nannewiid. ,,Vissen vinden beschutting tussen de oeverplanten en bovendien zijn deze nodig voor ideale paaiplaatsen'', legt Jan Roelsma uit. Hij is coördinator waterkwaliteit bij Wetterskip Fryslân en nauw betrokken bij het driejaarlijkse onderzoek dat het waterschap in de Friese wateren uitvoert. Hierbij wordt gemeten in hoeverre de criteria van de Europese richtlijn waterkwaliteit worden gehaald.
Brasem heerst
Het grootste deel van de vis in de Friese boezemwateren bestaat uit brasem. Het schrikbeeld is de monocultuur in grote meren als De Fluessen en Snitser Mar. Daar heerst de brasem. ,,Maar er is sprake van een kantelpunt'', zegt Roelsma hoopvol. Hij concludeert dat andere soorten terrein veroveren. Nog blijer wordt hij van de progressie in het Nannewiid en De Deelen. ,,Daar is de biologische score sterk verbeterd.'' Wat er aan bijdraagt is dat deze wateren onderdeel zijn van een veel groter achterliggend natuurgebied. De omstandigheden zijn zo gunstiger.
Het Snitser Mar en Sleattemer Mar tonen een toename in soortenrijkdom, waardoor de biologische beoordeling voor deze wateren gunstiger uitvalt. De beken (de Lende, Koningsdiep, Lauwers en De Tsjonger) scoren nog onvoldoende. Wetterskip Fryslân verwacht dat de visstand in deze wateren de komende tijd verbetert, omdat het waterschap hier recent vismigratievoorzieningen aanlegde.
Ook langs andere weg stimuleert het waterschap een betere visstand, verduidelijkt Roelsma. ,,We maken her en der watergangen wat breder, zodat er plaats is voor waterplanten en het water toch goed kan stromen. De vissen zijn afhankelijke van de waterplanten. En ja, in deze gevallen kijkt het waterschap wat anders aan tegen slootreinigen.'' Een ander voorbeeld: ,,Op plaatsen hekkelen we één kant van een sloot, zodat aan de andere kant het waterleven door kan gaan.''
Exoten
Exoten zijn daarentegen een verstoring. De zwartbekgrondel, kreeften en mossels horen hier van nature niet thuis. Het waterschap maakt zich zorgen over de toename van exoten.
Via het IJsselmeerwater komen deze in de Friese wateren terecht. De exoten kunnen ervoor zorgen dat inheemse soorten verdreven worden. Wetterskip Fryslân gaat hier meer aandacht aan besteden, maar bestrijding is lastig.
Beoordeling op vier criteria
Bij de beoordeling van de waterkwaliteit gaat het om de visstand, maar ook om de hoeveelheid waterplanten, hoeveel algen er in het water zitten en om hoeveel andere kleine beestjes er zijn te vinden. Allemaal is het belangrijk om een oordeel te kunnen hebben over de kwaliteit van het water, legt Roelsma uit. Het waterschap doet in 2018 opnieuw onderzoek in dezelfde water, zodat er een meerjarig beeld ontstaat. Wetterskip Fryslân onderzocht in totaal zestien wateren, waaronder het Nannewiid, de Lytse Wielen, Lende, Alddjip, Lauwers, Prinses Margrietkanaal, Kouwe Faart, wateren op Ameland, kanalen bij Franeker en een groot aantal meren in het zuidwesten van Fryslân.
De uitkomsten van het in de nazomer van 2015 uitgevoerde onderzoek is een opsteker voor Wetterskip Fryslân. Het waterschap zet in op een verbetering van de kwaliteit van het oppervlaktewater. Wetterskip Fryslân neemt de ontwikkeling van de visstand serieus. Waterschapsbestuurder Marian Jager: ,,We vinden het belangrijk dat onze neus voor waterkwaliteitsdoelen in dezelfde richting staat als die van de visserijsector en de natuurterreinbeheerders. Gezamenlijk moeten we bepalen wat we onder een gezonde visstand verstaan. Daarom blijven we in gesprek met elkaar.’'
Laatst gewijzigd op 30-03-2016 om 13:57 uur