Veiligheid als casinospel. Gesjoemel met regels loont
Gesjoemel met de regels loont. De overheid houdt niet goed toezicht en het bedrijfsleven al helemaal niet. ,,Veiligheid wordt een casinospel.’’
Door Bert de JongBedrijven, ziekenhuizen en ook de overheid zelf nemen een loopje met de veiligheid. Het is een ratjetoe. In alle gevallen is het op de werkvloer bekend dat het niet deugt. Het gesjoemel kan doorgaan, zonder dat iemand aan de bel trekt.
Professor mr. Pieter van Vollenhoven, jarenlang voorzitter van de Onderzoeksraad voor Veiligheid, heeft weinig goede woorden over voor de ,,labbekakkerigheid’’ waarmee wordt omgesprongen met de veiligheid. ,,We worden met gesjoemel opgevoed. Je bent gekke Henkie als je niet sjoemelt met de regels.’’
,,Veiligheid van het publiek is de belangrijkste taak van de overheid’’, zegt Van Vollenhoven. Maar het is die overheid die er niet bovenop zit. Daardoor raakt het vertrouwen in de overheid weg, waarschuwt hij. ,,Veiligheid wordt een casinospel.'' In de Dorpskerk van Huizum gaat hij op 2 juni 2016 even vol op het orgel: ,,Het wordt tijd dat we één nationale inspectie krijgen. Onafhankelijk en met bevoegdheden. Het moet, omdat de overheid de kerntaak van het bieden van veiligheid aan het publiek niet waarmaakt.’’
Veel mis
Er gaat veel mis. Van Vollenhoven lepelt ze met het grootste gemak op. Bedrijven die een loopje nemen met de veiligheid en aan wie je zelfregulering ook niet kunt overlaten. Want economie en veiligheid gaan niet samen. Zelfs inspectie loopt in sommige sectoren niet goed. ,,Dat kost zo’n bedrijf dan weer geld, vervelend allemaal, enzovoort.’’
Een voorbeeld van ,,labbekakkerig’’ gedrag vindt Van Vollenhoven bij Turkish Airlines. Het Turkse passagiersvliegtuig TK 1951 stortte op 25 februari 2009 neer bij Schiphol. Er verongelukten 9 van de 135 passagiers. Het onafhankelijke onderzoek van de Onderzoeksraad voor Veiligheid wees op een defecte hoogtemeter en op indequaat handelen van de bemanning. Maar het onthutsende is volgens Van Vollenhoven dat het vliegtuig twee keer eerder hetzelfde mankement heeft gehad. Toen kon de bemanning op tijd corrigeren. ,,Maar met die kennis is niets gedaan. Economische motieven. Dan had het vliegtuig stil moeten staan.’’
Of de chemiefabriek Dupont/Chemours in Dordrecht, waar omwonenden meer dan 25 jaar zijn blootgesteld aan de enge stof perfluoroctaanzuur. De grenswaarden zijn al die tijd overschreden. Hier is het een bedrijf dat de regels aan zijn laars lapt. Zo gebeurt het elders ook, zegt Van Vollenhoven: ,,Het is geen incident, het in haast alle gevallen structureel. Al die tijd is het ook gewoon op de werkvloer bekend. Dit is geen bewering van mij, het blijkt uit onderzoeken.’’
Rechte pad
,,De spiegel van de werkelijkheid houdt ons op het rechte pad’’, filosofeert Van Vollenhoven. Hij bepleit een nationale inspectie die niet het verlengstuk is van een van de ministeries, ,,want dat leidt op zijn minst tot verwarring’’. Zo’n inspectie moet rechtstreeks rapporteren aan het parlement. België wijst de weg. Daar doen ze het al. Er is urgentie, want ,,er is een theoretische werkelijkheid en een fysieke''. Op papier lijkt het volgens de regels, in het echt is het niet zo.
Klokkenluiders en journalisten maken soms het verschil. Zij leggen zaken bloot die het daglicht niet kunnen verdragen. Ze moeten het blijven doen, vindt Van Vollenhoven. ,,En vooral blijven doorspitten. Heel lang.’’ De vertwijfeling slaat bij hem soms toe: ,,Wat moet je als een inspectie een zaak niet in behandeling neemt, omdat er twijfel is over de juistheid?’’
Er is bij hem pessimisme over de bescherming van klokkenluiders. ,,Wie is ertoe bereid? Wie wil zijn hele hebben en houwen op het spel zetten? Binnen een organisatie is een klokkenluider snel te achterhalen.''
Van Vollenhoven haalt hard uit naar hoger management in organisaties. ,,Er is een groot gebrek aan zelfreinigend vermogen. Er is geen belangstelling voor. Veel organisaties vinden tegenspraak al heel erg lastig. Bovendien is de angstcultuur overal aanwezig, in bedrijven, bij ziekenhuizen, bij de politie noem maar op. Bijna niemand durft, bang als hij is om zijn baan te verliezen. Dan is het al gauw: daar is het gat van de deur.’’
Zucht van verlichting
,,Er zal in Den Haag een zucht van verlichting klinken’’, denkt Van Vollenhoven als hij zijn mond eens houdt over de veiligheid van de samenleving. Toen hij destijds begon als voorzitter werd geprobeerd hem op andere gedachten te brengen. ,,Er werd me toegefluisterd om iets nuttigs te doen voor de samenleving.’’
Met zijn Stichting Maatschappij en Veiligheid onderneemt Van Vollenhoven nog dezelfde marsroute als bij de Onderzoeksraad voor Veiligheid. Hij ziet geen problemen als lid van de koninklijke familie. ,,Als je negen ton op tafel legt, houd ik mijn bek.’’ Hij gaat door tegen heilige huisjes te stoten, heel serieus en afgewisseld met grappen (,,Ik ben eigenlijk een schattig mannetje''). Hij is onvermoeibaar: ,,Je moet je idealen niet opgeven. Daar moet je voor blijven vechten.’’
Laatst gewijzigd op 03-06-2016 om 00:01 uur