Van Aaipop tot Zwarte Hoop in nieuwe Friese encyclopedie
De heuse Nieuwe Encyclopedie van Fryslân is er. En ja, op papier. Ruim 8 kilo zwaar en 3152 pagina's dik. Dat kan volgens de makers alleen in een ‘bijzondere’ provincie. Als baken van kennis een visitekaartje van Fryslân.
Door Wio JoustraLife is digital! Behalve in Fryslân. Dat is de eerste gedachte die je te binnen schiet bij het doorbladeren van de vier kloeke delen (A – F, F – L, L – S en S – Z) van de Nieuwe Encyclopedie van Fryslân (NEF), die op 15 september met een catwalk show van bekende en minder bekende Friezen is gepresenteerd in De Harmonie in Leeuwarden. Zo’n presentatie mag ook wel, want wie haalt het anno 2016 nog in zijn hoofd een encyclopedie uit te geven? Het zou best eens de laatste ter wereld kunnen zijn.
Eerst maar eens een paar gegevens: er is zeven jaar aan gewerkt door meer dan 200 wetenschappers op diverse vakgebieden; 8300 lemmata; ruim 10.590 trefwoorden; meer dan 1100 illustraties (foto’s, kaarten, grafieken en tabellen); een gewaagde vormgeving; opdrachtgever Tresoar; uitgever Bornmeer in Gorredijk. Deze ‘bouwsteen voor het collectieve geheugen van Fryslân’ kost 99,50 euro en na 1 november 125 euro. Maar dan heb je ook wat, in de kast of misschien nog beter: op de leestafel.
,,Het is een monsterklus geweest'', zegt Robert Seton, bij Bornmeer verantwoordelijk voor de productie. Hij betitelt het als een nauwkeurig proces van plannen, bijsturen en samenwerken met vormgevers, redacteuren en drukkers. Dit gebeurde nog allemaal in de eigen Friese provincie. Voor het uiteindelijke drukken is uitgeweken naar het goedkopere buitenland. De eerste druk is op 23 augustus in het pakhuis in Gorredijk afgeleverd.
Bert Looper, directeur van het Fries Historisch en Letterkundig centrum Tresoar, vergelijkt de encyclopedie met een rommelmarkt. ,,Ik kom altijd thuis met spullen die ik niet zoek, maar toevallig tegenkom. Wanneer je hierin begint te lezen, werkt het net zo. Dat is de kracht van deze encyclopedie. Je blijft er in bladeren en lezen, rondstruinen in de kennis over Fryslân.''
Behoefte aan overzicht
Volgens Meindert Schroor, sociaal geograaf en historicus, voorziet de nieuwe encyclopedie in een toenemende vraag naar concrete en betrouwbare informatie, degelijk en overzichtelijk. Daarmee suggereert de man die als hoofdredacteur verantwoordelijk is voor de samenstelling van het naslagwerk, niet ten onrechte dat het de digitale en sociale media met de soms verbijsterende schakering en vermenging van informatie en de met verve gebrachte opvattingen nog wel eens aan betrouwbaarheid ontbreekt. Daardoor is de behoefte aan overzicht, oriëntatie en duiding bij veel mensen alleen maar gegroeid.
Schroor: ,,Er bestaat een grote behoefte aan letterlijk handzame feitenkennis, waarvan de inhoud wordt gegarandeerd door een wetenschappelijke redactie en door auteurs die met naam en toenaam bekend zijn. Informatie die wordt aangeleverd en ingedeeld volgens eensluidende criteria. Kennis waar steeds naar kan worden verwezen en die op zijn beurt naar betrouwbare bronnen elders, zowel in druk als op het internet verwijst. Er is, kortom, sprake van een herleving van ‘content’ en dat is waar dit naslagwerk met betrekking tot Fryslân voor staat.”
Aan die behoefte voldoen de ‘oude encyclopedie’ van Friesland uit 1958 onder hoofdredactie van prof. Jelle Hendriks Brouwer en de tweedelige Encyclopedie van het Hedendaagse Friesland uit 1975 niet langer. Wel vormen deze beide naslagwerken de basis voor de NEF, alleen ligt het aantal trefwoorden zo’n vijftig procent hoger.
Eigenheid
In zijn voorwoord refereert Schroor aan het feit dat zo’n encyclopedie op papier misschien wel alleen kan in een bijzondere provincie. Een provincie met een hoge identificatie en eigenheid en een sterke verbondenheid met de eigen cultuur en het landschap. Een provincie met vanouds een zeer mobiele bevolking die de voorbije anderhalve eeuw in honderdduizendtallen de geboorteprovincie verlieten. ,,Door dit alles bleven Fryslân en zijn eigenaardigheden voor veel Friezen in en buiten de provincie een vertrouwd, dikwijls gekoesterd referentiepunt in een als altijd dynamische, onzekere omgeving en behielden ze hier wellicht een wat sterker accent dan elders.”
De makers van de nieuwe encyclopedie zijn zich ervan bewust dat de inhoud ervan tot controverse aanleiding kan geven. Want hoewel er door de knapste koppen met man en macht naar volledigheid is gestreefd zal er in menig Friese huiskamer discussie ontstaan over de vraag ‘word ik genoemd?’ (om met Koot en Bie te spreken) en ‘waarom hij of zij wel en ik niet?’ Voor het beantwoorden van dergelijke vragen dienen dan weer de sociale media. Schroor: ,,Maar bonje zal je geheid krijgen.”
In ieder geval zijn naast overledenen ook talrijke levende personen opgenomen en niet alleen Friezen, maar ook zij die, afkomstig van elders zich in dit gewest op enigerlei aansprekende wijze hebben onderscheiden. Niet alleen politiek en wetenschap passeren in deze who is who van Fryslân de revue, maar ook bekende en minder bekende namen op het terrein van de economie, de beeldende kunst of de sport. Het geeft dit monumentale werk een sfeer van eigentijdsheid.
Beeld en geluid
Een ander gevaar van zo’n papieren naslagwerk is natuurlijk dat het op diverse punten, met name waar het personen betreft, al weer snel achterhaald is. ,,Het is een beeld van de tegenwoordige staat van Fryslân”, aldus Schroor. ,,Een digitale versie komt er niet binnen afzienbare tijd. Maar misschien is de NEF wel de basis van een ‘portal’ over Fryslân met beeld- en geluidsfragmenten. Maar dan hebben we het wel over een jaar of vijf, zes.”
Laatst gewijzigd op 15-09-2016 om 08:18 uur