Friese frustratie over belangen boeren

De belangenbehartiging in de landbouwsector is een rommeltje. Het zint het provinciebestuur van Fryslân allerminst. Het moet snel anders, daarvoor zijn de belangen te groot.

Met de roep om terugkeer van een ministerie van landbouw gooit de provincie Fryslân de knuppel in het hoenderhok. Het is een poging om de zaak wakker te schudden in het Haagse. Want zoals het nu gaat, kan het niet langer, vindt het Friese provinciebestuur.

Commissaris van de koning Joan Leemhuis-Stout gebruikte de nieuwjaarstoespraak van 2017 om een lans te breken voor de landbouwsector, zo belangrijk voor de Friese economie. Het is geen toevalligheid, al geruime tijd bestaat er ongenoegen op het Provinsjehûs, maar ook bij de agrarische sector zelf. Bijvoorbeeld over de wijze waarop het ministerie van Economische Zaken nu handelt en meedenkt, juist in een jaar dat veel boeren het moeilijk hebben.

Moeilijk met één mond

,,De belangenbehartiging van de sector vraagt aandacht. Van de sector zelf en van de overheid’’, zegt Leemhuis-Stout. Maar de commissaris legt tegelijk de angel bloot bij de boeren zelf. Het schort aan organiserend vermogen, dat vroeger zo sterk was met boerenorganisaties als LTO, productschappen en het Landbouwschap. ,,Het is moeilijk met één mond te spreken. Men heeft het gevoel er soms letterlijk alleen voor te staan.’’

De productschappen en het Landbouwschap zijn opgeheven en dat maakt het volgens Leemhuis-Stout lastig om binnen Nederland tot overeenstemming en een goede belangenbehartiging te komen. De versnippering in belangenbehartiging maakt het er ook al niet beter op. En natuurlijk ook dat de macht van de grootste boerenorganisatie LTO kleiner wordt. LTO kampt al enige jaren met ledenverlies. 

Het remt volgens haar ook de vooruitgang. Ze heeft een voorbeeld. Akkerbouwers die voor hun pootaardappelen een milieuvriendelijk bestrijdingsmiddel willen invoeren, stuiten op een muur van juridische bezwaren bij het ministerie van Economische Zaken. Kwam het maar tot een inhoudelijke toetsing, verzuchten ze.

Betere belangenbehartiging

,,De opgave voor 2017 is betere belangenbehartiging op regionaal en landelijk niveau, door ondernemers en overheid’’, zegt Leemhuis-Stout. En als het niet op een betere manier kan, dan mag van haar in het nieuwe kabinet de minister van Landbouw weer terugkeren.

Bij de Friese gedeputeerden bestaat al langer deze frustratie. Gedeputeerde Johannes Kramer doet op elke boerenbijeenkomst moeite om de agrariërs moed in te spreken en ze een hart onder de riem te steken. Maar de boeren vinden dat er te weinig oog is voor innovaties in de sector en voor het feit dat wordt meebewogen met maatschappelijke trends. Ze spreken de provincie aan op haar verantwoordelijkheid de agrarische sector sterk te houden.

De discussie over ‘landschapspijn’ treft evenzeer veel boeren. Zij voelen een gebrek aan waardering voor hun bijdrage aan het beheer van natuur en landschap en verwijten de overheden te weinig kennis over de land- en tuinbouw.

De land- en tuinbouw heeft een belangrijke positie in de wereld. Om die te behouden moeten de handen ineen worden geslagen, zegt commissaris Leemhuis. Het is ingestoken door de gedeputeerden die door de Friese agrariërs op de huid worden gezeten. Het belang voor Fryslân is belangrijk, zeker tegen de achtergrond van de in 2016 geopende Dairy Campus in Leeuwarden. Juist dit maakt dat het Friese provinciebestuur de stormbal heeft gehesen. De urgentie die in Fryslân wordt gevoeld, moeten ze nu ook in Den Haag voelen.

Laatst gewijzigd op 06-01-2017 om 20:32 uur